zaterdag 6 mei 2017

A Dog's heart

Wat gebeurt er als je een hond operatief een aantal organen van een mens geeft.
Dan heb je een mens-hond. Maar dat niet alleen, je krijgt een mens zonder identiteit, zonder identiteitspapieren, maar ook zonder morele standaarden en zonder historie.

Het verhaal van Bulgakov begint met een hond, die Sharik wordt genoemd, hij zwerft over de straten en wordt overgoten met kokend water. Dat zorgt er voor dat zijn vel bijna los van zijn lichaam raakt. Hij wordt gered en in huis genomen door een bijzondere arts, iemand die organen van mensen vervangt door organen van apen. Hij vervangt onder meer de testikels en de hypofyse. Maar hij wil graag experimenteren op een hond, en neemt daarom deze bijzondere hond op in zijn huis.

Het verhaal van Bulgakov is door Alexander Raskatov in een opera omgezet, en geregisseerd door Simon McBurney. Met moderne muziek en Russische zang is er al snel het gevaar dat je als publiek de draad kwijtraakt, zeker als het een ingewikkeld verhaal is. Met een opera als Boris Godunov en Prince Igor ben ik regelmatig de draad kwijt. Maar het cynische en maatschappijkritische verhaal van Bulgakov is begrijpelijk gecomponeerd en geregisseerd. Sharik wordt vormgegeven door een hond-pop, die op slimme en indrukwekkende wijze wordt bespeeld door drie poppenspelers. Na een paar minuten zie je een hond die natuurlijk beweegt, met zijn staart kwispelt, tegen het decor aan plast en met zijn pootjes trappelt, maar af en toe vallen de poppenspelers weer op. Een fascinerend spel, dat maakt dat je echt een band aan gaat met deze Sharik, een hond met mensenwensen en met mensenmanieren. Hij droomt over een leven zo rond als een bolletje, genietend van alle geneugten van het leven.






Nadat Sharik voldoende is aangesterkt en blijkt te beschikken over uitzonderlijke capaciteiten (deze hond kan lezen en zingen) wordt hij geopereerd. Hij krijgt testikels en de hypofyse van een mens geïmplanteerd. En dat heeft bijzondere gevolgen.
Sharik ontwikkelt het hoofd van een mens en kan nu ook spreken. Al snel wordt hij door de arts als ‘volledig mens’ beoordeeld.

Sharik mag gaan werken als kattenverjager. Maar er is een probleem. Hij heeft geen identiteitspapieren. Hij is een nieuw geschapen mens, iets waar de buurtbewoners tegen in opspraak komen, want een dergelijke mens-hond, men weet niet of de arts nog meer wanstaltigheden in zijn huis herbergt. Sharik wil echter meer, hij krijgt een liefde, en wil zijn eigen huis. Het wordt de arts allemaal wat te veel, en hij besluit snel Sharik opnieuw te opereren en de testikels en hypofyse weer te verwijderen. Sharik verandert weer in een hond. Maar nu komt het vol weer in opstand, omdat de arts de kattenverjager heeft vermoord. Hij stelt vertwijfeld de vraag ‘bedoelen jullie de hond die in een mens is veranderd?’

In 1925 schreef Mikhail Bulgakov een boek over deze hond. Een boek bedoeld als satire in een turbulente periode in Rusland. Het werd onmiddellijk verboden en is daarom niet gepubliceerd. Voor Bulgakov was het reden om zijn boek te herschrijven naar een toneelstuk, wat vervolgens ook werd verboden.
Gelukkig is het boek in 1968 in het Engels vertaald en uitgegeven buiten Rusland, aldaar werd het pas in 1987 gepubliceerd.
Het boek is geschreven naar voorbeeld van een Russische arts die experimenteerde met het implanteren van testikels en de hypofyse van honden in mensen. Bulgakov draaide dat om en liet zijn hoofdrolspeler deze delen van een mens in een hond implanteren.

De Nationale Opera en Ballet (kan maar niet wennen aan die ze toch al weer sinds 2013 hebben) heeft in 2008 de opdracht gegeven aan een componist die recent zijn eerste opera had gecomponeerd, Alexander Raskatov. Als regisseur kozen ze iemand die nog nooit een opera had geregisseerd, Simon McBurney. Een gewaagd concept, over een gewaagd thema. Want hoe zorg je er voor dat zo’n simpel en toch ingewikkeld verhaal op een manier aan het publiek wordt getoond dat het ook nog te begrijpen is.

De moderne muziek en de moderne regie gaan wonderwel mooi samen. De muziek lijkt in het begin te gaan ontaarden in wat ik zou noemen piep-kraak muziek. Maar toch krijgen de losse tonen en de melodieën een samenhang. Je went aan de moderniteit en de het geheel voelt meer en meer als samenhangend. Het wordt een warme deken waarbij de Russische zang en lastig in het gehoor liggende melodielijnen een geheel vormen dat nog lang en aangenaam in het gehoor blijft hangen.

Het was in 2010 een gewaagd experiment van DNO dat nu is uitgewerkt tot een productie die in alle kranten beloond werd met vijf sterren, iets wat voor opera’s zelden gebeurt. Het is een moderne opera die de grens slecht van het oude gezapige operagenre, waar mensen met bontjassen op af komen tot een modern muziektheaterspektakel dat ook een jong publiek aanspreekt. En dat is een hele prestatie, die mijns inziens inderdaad vijf sterren verdient.