Ik ben zo blij dat ik mezelf de kans heb gegeven om een revolutionaire nieuwe uitvoering van La Boheme te zien.
Een van de mooiste romantische verhalen die ik ken, de opera La Boheme van Puccini, in première gegaan in 1896 in Turijn. En als je het libretto leest en men vertelt er bij dat dit gisteren in Amsterdam gebeurd is, dan zou het verhaal nog steeds precies passen. Puccini, die het leven van arme kunstenaars in Parijs beschreef bijna 120 jaar geleden, en er een verhaal van maakte dat vandaag nog steeds gewoon door de mensen beleefd kan worden.
En precies dát aspect heeft Lotte de Beer beetgepakt en er haar magie op toegepast.
We stappen een zaal binnen waar al muziek klinkt, waar het orkest al zit en waar Rodolfo, Shaunard, Colline en Marcello al in het decor bezig zijn. Als het hele publiek zit klinkt de klarinet, stemt het orkest en is niets meer zoals het altijd was. De dirigent zet in, de bastonen uit de luidsprekers ebben weg en Rodolfo en Marcello bezingen hun koude kunstenaarsleven. We bevinden ons in een setting van een modern penthouse appartement, de keuken in het midden en jongens die wat studentikoos gekleed gaan. De muziek is meer dan honderd jaar oud, de jongens geloofwaardig jong en onbezonnen. Precies zoals het jonge kunstenaarsleven er uit moet zien. Een verademing als je – net zoals ik – tientallen uitvoeringen hebt gezien met mannen van boven de veertig in de rol van de jonge versierder Rodolfo (Andrew Owens). De bezongen haard waar de geschriften van de dichter Rodolfo in gaan om op te gaan in verwarmend vuur zijn vervangen door de magnetron oven waar enkele blaadjes papier dienen om de er in geworpen macbook te ontvlammen.
![](https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhR8u0DzYBqypFrp_s3wDt8gOYn5KEVC5X-4MLxtZQoQsNjYFJ7nXh3Zd5pnrERqe_PFgu_SHClJlnasGw5cwBTNlG_eL5kqMMkyUjDFVVzIsqRtT8ojk4ZnNFOmfyYnizRvMO2qX5rHn2O/s320/Boheme1.jpg)
Het publiek heeft inmiddels door dat hier iets bijzonders aan de hand is, en durft niet meer tussentijds te applaudisseren. Zonde maar begrijpelijk, want de aria van Mimi ‘Si, Mi chiamo Mimi’ wordt niet beloond met het applaus dat Rodolfo eerder wel kreeg. De regie en het orkest zorgen er voor dat het tempo in de voorstelling hoog blijft. Ronduit geniaal is de moderne snit die wordt gegeven aan de decorwisselingen. Een muziekband wordt ingestart, en neemt naadloos de korte pauze van het orkest over, nog voordat het orkest gestopt is. In de muziekband horen we de melodie van het kinderkoor, de aria van Parpignol en het koor op de markt, maar die hele scene is uit de opera gesneden. Begrijpelijk in deze moderne kortere en ongetwijfeld budgettair uitdagende productie.
Akte twee gaat dus verder met de scene waarin Musetta wordt geïntroduceerd. In dit geval een kauwgom kauwende dame die een man achter zich heeft aanlopen beladen met tassen van moderne merken, het resultaat van een middagje shoppen. Ze lijkt zich meer te bekommeren om het volk om haar heen, dan om de man die haar tassen draagt en laat daarom ook duidelijk merken dat ze eigenlijk al klaar is met hem. Dat blijkt dan ook snel als ze weer Marcello – haar ex – om haar vingers windt en bij hem op schoot gaat zitten.
In akte drie komen we terecht in een achterbuurt, vuilniszakken op straat, een klikobak op het toneel en graffiti aan de wanden. Mimi komt Marcello om advies vragen. Want Rodolfo is bij haar weg, en ze wil hem terug. Maar ze durft niet. Ze weet dat ze stervende is, en ze voelt een tweestrijd om hem terug te winnen, maar ook om hem die pijn niet aan te doen. Als Marcello haar wil helpen omdat ze al hoestend in elkaar is gezakt steekt ze haar hand omhoog om hem af te houden. Mimi blijft een sterke vrouw. En blijft gekleed in dezelfde fleurige jas die ze de gehele voorstelling al aan heeft.
De vierde en laatste akte kent wederom een geheel andere stijl. Het decor wordt omgebouwd tot een hedendaags ziekenhuis. Er wordt een kamerscherm neergezet, waar wij als publiek doorheen kunnen kijken. Met aan de rechterzijde een telefoon, waardoor met Mimi gesproken kan worden, zo blijkt als Mimi tegelijk wordt binnengereden in een ziekenhuisbed, met kaal hoofd. Mimi’s strijd is geleden. Het idyllische beeld van Puccini.
Mimi op de sofa naast de kachel wordt ingeruild voor een hedendaags sterk invoelbare scene met een kankerpatiënt als middelpunt. Keihard, to the point en rechtstreeks in het hard van vele bezoekers in de zaal. Het wordt doodstil, je hoort gesnik, en ziet mensen langs hun ooghoeken wrijven. Hetgeen culmineert in de door de dirigent tergend lang aangehouden stilte nadat Mimi haar laatste adem heeft uitgeblazen en Rodolfo zich nog niet bewust is van zijn verlies. Het tafereel kan zo in ieder ziekenhuis geplaatst worden.
De artsen om Mimi heen zorgen er voor dat snel en efficiënt de apparatuur weggehaald wordt, en er een wit laken over haar heen wordt gelegd. De nabestaanden hebben geen kans om afscheid te nemen, want ze is al weg. Het orkest speelt op zijn best in deze laatste minuten van dit ongelofelijk mooie menselijk drama. De aanzwellende violen en celli snijden recht door je hart als Rodolfo zijn geliefde onder een wit laken ziet liggen en haar naam hartverscheurend uitschreeuwt. Niet alleen op het podium klinkt hevig gesnik.
En als de laatste noten hebben geklonken in de zaal blijft het stil.
Een publiek dat nog moet bijkomen van dit drama dat voor velen zo invoelbaar is, en zo dicht bij het hart. Een drama dat door Lotte de Beer in een regie is gegoten die iedereen recht in het hart raakt. En iedereen laat voelen wat het is om iemand te verliezen waar je van houdt. Zo dichtbij heb ik nog nooit een opera mee gemaakt, zo intens en zo vlijmscherp.
Na de stilte komt er uit het publiek een juichend applaus voor de solisten, de dirigent en het orkest. De ware held van deze uitvoering komt niet op het podium.
Lotte de Beer is in staat geweest om een opera van bijna 120 jaar oud in een jas te gieten die past bij deze tijd, die een overwegend jong publiek de zaal binnen trekt, een jas die de opera dicht, heel dicht tegen de belevingswereld aan legt van de Amsterdamse jongere theaterbezoeker. Het is een concept dat op vele opera’s kan worden toegepast, een concept dat haar een glansrijke internationale carrière gaat bezorgen. Want die carrière is inmiddels gestart, theaters in Leipzig, Amsterdam, Regensburg, Essen, Munchen, Bielefeld, Braunsweig, Wenen, hebben haar al gecontracteerd. Het is wachten totdat meer theaters te weten komen wat hier in deze zaal gebeurt en snappen hoe revolutionair dit is.
In januari 2014 is er weer een productie van haar in Nederland Cosi Fan Tutte, in Den Haag. Ik kan niet wachten.
http://www.residentieorkest.nl/index.php?pageID=83&concertID=38376
En in September 2014 een Tristan und Isolde in Regensburg. Houd haar in de gaten, want als je vernieuwende opera wil zien, en als je wil meemaken wat zij je te bieden heeft moet je er bij zijn.
http://lottedebeer.com/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten