dinsdag 15 september 2015

This Situation, wie ben ik eigenlijk?

In de zomer van 2012 was ik in Londen, ik bezocht met een vriendin een van mijn favoriete musea in de wereld het Tate Modern. En wat ik weet van het museum is dat er altijd grote en mooie tentoonstellingen zijn, maar ook dat in de Turbine hall er altijd een groot kunstwerk is. Er is een werk geweest van Anish Kapoor wat de gehele hal vulde (een hal bijna net zo groot is als onze Dam in Amsterdam) een werk van Ai Weiwei waarbij de hele hal gevuld was met porseleinen zonnepitten die met de hand beschilderd waren. En deze keer liep ik dus vol verwachting de turbine hall in, en ik zag niks. Ik zag wat mensen, en het eerste wat bij me op kwam was een gevoel van teleurstelling. ‘jammer, ben ik in het Tate Modern, ik kom er niet zo vaak, en zijn ze net tussen tentoonstellingen in’. Evident, ik had me niet goed voorbereid op mijn bezoek. Ik kwam naar een museum om objecten te zien, zoals ik dat gewend was. Een museum is om kunst te kijken, objecten die gemaakt zijn door mensen om andere mensen te inspireren. Als het beweegt is het een video, of een bewegend object zoals dat door Tinguely wordt gemaakt.
Na mijn wandeling door de collectie wilde ik nog even terug naar de Turbine hall om te voelen hoe mooi die plek is. En er viel me wat op. De mensen bewogen hoofdzakelijk in het zelfde patroon het leek me niet heel bijzonder, meer iets van een demonstratie, maar ik werd toch getrokken door het beeld.

Het was een grote groep, er werd gerend, gezongen, de groep liep vooruit, liep achteruit, en greep mijn aandacht. En ineens was het over, alle leden van de groep draaiden zich om en daar stond ze. Een jonge dame, die tegen me begon te praten. ‘Ik heb nog steeds regelmatig dat ik het ruik. Dat mijn moeder appeltaart ging bakken, van de appels in onze tuin. Dan gingen we ’s ochtends appels plukken, schillen en aan het eind van de middag werd het huis gevuld met de heerlijke geur van appeltaart. Ik bak zelf nooit een appeltaart, maar soms dan ruik ik het ineens weer, hoe dat rook in ons huis. Wat herinner jij je uit je jeugd?’ en daar stond ik, met mijn mond vol tanden, ik was onderdeel van een performance geworden, en het duurde zeker een minuut voor ik me dat realiseerde en dat ik wist wat te zeggen. Gelukkig werd ik gered door iemand naast me die wel direct een jeugdherinnering wist op te halen.
Toen de performance kunstenaars weer aan het wandelen sloegen ben ik naar de shop gelopen, want zoals ik ook gewend was van een goed kunstwerk is een boek, en dat boek wilde ik hebben. De bookshop medewerker kon me echter vertellen dat er niets was, maar dat ik daar in de hoek wel wat meer informatie kon krijgen. Vol hoop ging ik naar de informatiebalie, om te vragen wat ik zojuist had mee gemaakt, en wat ik kon leren. ‘It’s a work of Tino Sehgal, and it is called These Association’ dat was het. Meer kon en wilde de dame niet zeggen. Na enig doorvragen was het antwoord dat de artiest niet wil dat er over zijn werk wordt geschreven en dat er verder ook geen toelichting mag worden gegeven. Dus geen leaflets, geen boeken, geen posters, en dus ook geen aankondiging van wat ik mee maakte.
Ik ben tot sluitingstijd gebleven en ben sindsdien gefascineerd door het werk van Tino Sehgal.
Even later werd ik weer verrast door een werk bij de Biënnale van Venetië. Ook hier weer geen aankondiging, geen vermelding op het plattegrond, en weer een mateloos fascinerend werk.
Dus toen het Stedelijk Museum aankondigde dat er een Tino Sehgal tentoonstelling kwam, een jaar lang twaalf werken van Tino Sehgal, heb ik een vreugde sprongetje gemaakt. En sindsdien kom ik minimaal een keer per maand in het Stedelijk. Een museum waar ik toch al regelmatig kwam.
Ik heb me vaak de vraag gesteld hoe dat dat kan een jaar lang Tino Sehgal, ik vind het een gewaagde exercitie. En eigenlijk kan het niet, een overzichtstentoonstelling van een performance kunstenaar. Het is ondoenlijk, onmogelijk en toch bestaat het. Mede dankzij de nieuwe ambitieuze directeur van het Stedelijk Beatrix Ruf.
Gisteren was ik er weer. This situation deze keer. Bij binnenkomst keken alle kunstenaars me aan. ‘wwwwwwwwwwelcome tot this situation’ er volgde een citaat over een maatschappelijk onderwerp en de kunstenaars leken vrij te associëren op het onderwerp, tot men zich tot mij wendde ‘What do you think?” met mijn ervaring uit 2012 was ik hier een beetje op voorbereid, dus ik durfde en wist antwoord te geven. De kunstenaars bleven in een vast patroon bewegen. En terwijl ik inmiddels op de grond was gaan zitten om dit werk even in me op te nemen zag ik veelvuldig mensen om het hoekje kijken, en vervolgens niet begrijpend omdraaien. Dit werk heeft tijd nodig. En zoals ik in 2012 was denkt men wellicht, ‘Oh hier hangt niks aan de muren, hier is niks.’ En dat terwijl het werk van Sehgal wat mij betreft gisteren het meest fascinerende in het museum was. Ondanks de geweldige Zero tentoonstelling.
Op de terugweg heb ik nagedacht waarom het werk van Tino Sehgal me zo fascineert. En ik weet het niet, hoewel ik er een paar gedachten bij heb. Het werk confronteert me met mezelf. Niet altijd gaat Sehgal een dialoog aan met zijn toeschouwers, maar altijd laat hij wat te raden over. De vraag waarom, de vraag wat eigenlijk, die wordt niet beantwoord. Net zoals ik ook nooit mag vragen in welke zaal Tino Sehgal deze maand is. Net zoals ik geen boek kan vinden over zijn werk, en zoals het lastig is om te zoeken waar ik nog een werk van hem kan zien. Sehgal laat me in verwarring achter, en confronteert me met mijn eigen wil het werk te begrijpen, terwijl zijn werk juist met mij een dialoog aan gaat.
Kiss (clean version)
Een van de meest confronterende werken voor mij is het werk dat ik eerder dit jaar moch zien. Het werk Kiss brengt me in een donkere ruimte, ik zie niks, maar nadat mijn ogen enigszins gewend zijn zie ik de contouren van twee lichamen, innig verstrengeld. Wat doen ze? ‘Oeh, zijn ze aan het zoenen?’ Wil ik dit zien? Ben ik nu voyeur bij een intiem moment van twee geliefden? Wat doen ze eigenlijk precies? Hoe voel ik me nu? Wat zie ik nu eigenlijk? Waar ben ik nu onderdeel van? Ben ik dan zo’n voyeur? Dat wist ik niet van mezelf. En waarom brengt het werk van Sehgal me steeds in verwarring?
Is er dan zoveel dat ik niet van mezelf begrijp?

Ik heb nog drie maanden om het uit te vinden, want dan is ‘A year at the Stedelijk: Tino Sehgal’ voorbij.

donderdag 14 mei 2015

Stilte

Ik bevind me op een van de meest vredige plaatsen op aarde. Een plaats waar ik naar toe ga om mijn rust te zoeken. De rust die het brein zo nodig heeft om tot zinnige inzichten te komen en tot stilstand te komen. Ik heb rust nodig om mijzelf te vinden, om deze blog te schrijven, om mijn gedachten de vrije loop te laten. En rust in het hedendaagse leven is moeilijk te vinden. Het lijkt wel of je rust moet organiseren. Het is dan ook al veel te lang geleden dat ik de rust heb gevonden om mijn blog te schrijven.

Als ik hier zit, boven in het dorp in een vreedzame tuin hoor ik het ruisen van het watertje, de wind, een hond in de verte blaffen en verder niets. Geen muziek, geen lawaai, geen gepraat, geen tv. Soms de klokken van de kerk om de stilte te accentueren.
Rust en stilte
Ik kan me deze plaats anders voorstellen. Aan het eind van een warme dag, bij zonsondergang, dan is deze tuin een verzamelplaats van spelende kinderen en pratende ouders. Italianen houden van het buitenleven, ik ook.
Ooit in mijn leven wil ik nog een stilte retraite doen. Gewoon de hele dag in stilte leven en alleen met jezelf zijn. Het lijkt me niet moeilijk, maar een bevriende zuster van een stilte gemeenschap de Zusters Clarissen vertelde me dat het helemaal niet makkelijk is, en dat veel mensen die denken dat het niet moeilijk is er toch niet in slagen. Ik wil die uitdaging aan gaan en kijken of ik het me lukt. Vol vertrouwen.
In Wagner’s Götterdammerung wordt de dood van de held Siegfried ingeleid door een stilte, een stilte die door de rest van de scene voelbaar is. Je hoort het ontbrekende geluid. https://www.youtube.com/watch?v=wXh5JprKqiU
Arvo Pärt is ook erg goed in het musiceren van de stilte, hij schreef het stuk Fur Alina na een lange tijd dat hij niets van zich had laten horen. Het stuk is gecomponeerd voor de dochter van vrienden die weg ging om te studeren, het stuk gaat over afscheid.

Het lijkt wel of we in de huidige maatschappij niet meer zonder geluid kunnen. Sinds de iPod revolutie al helemaal niet meer. Ik heb het eens geprobeerd, met een hoofdtelefoon op door de stad lopen, of door het bos, het verveelt snel en het irriteert me snel. Ik wil dan de geluiden om me heen horen, in het bos de bladeren, de hond die voorbij rent, de wind die ik voel ook kunnen horen.
Kijk eens om je heen in de stad, in de tram, in een leslokaal, iedereen lijkt het nodig te vinden met geluid de omgeving om je heen anders te laten klinken.
Is het de angst om met je eigen gevoelens geconfronteerd te worden als er geen ander geluid is dan dat van je eigen gedachten? En wat gebeurt er dan met die gedachten als ze gesmoord worden door geluid. Zijn ze weg? Uitgesteld? Of toch gewoon aanwezig?
Is het toch de behoefte om geluid te horen, continue om je heen? Ik heb ooit wat psychiatrie lessen gehad, waarin het begrip Sensorische Deprivatie werd behandeld. Een eerdere blog gaat daarover. Om een verstoord brein rust te geven is het mogelijk om alle omgevingsprikkels weg te halen, beeld, geluid, geur, alles om maar geen prikkels te hebben. Hebben wij mensen die prikkels toch nodig om te voelen? Of waarvoor eigenlijk?
En hebben we dan geluid nodig? Of muziek? En wat voor muziek dan? Wat zou het geluid van het leven mogen verstoren?
Ook in de muziek is de stilte een belangrijk gegeven. De rustmaat of de zacht kabbelende muziek is een belangrijk element in een opera of in ieder muziek stuk. Het bouwt de spanning op, het geeft ruimte, het doet voelen. In mijn pianolessen, lang, lang geleden heb ik geleerd niet alleen te letten op de noten die ik moest spelen, maar juist op de maten die ik stil moest zijn. De taak van een dirigent is het aangeven van het tempo. Maar zeker ook het aangeven van de momenten dat de orkestleden tegelijk moeten beginnen met spelen, maar evenzo belangrijk, de momenten dat de moeten stoppen. De dirigent is de spil waarom de individuele spelers draaien, in het tempo dat de dirigent dat wil.

En toch, het heden, onze omgeving heeft het meest weg van A Short Ride in a Fast machine https://www.youtube.com/watch?v=j3xTdE1fnqM of The Flight of the Bumblebee https://www.youtube.com/watch?v=aYAJopwEYv8. Een overhaaste maatschappij, met zoveel mogelijk geluid, en blijkbaar willen we daar nog meer geluid aan toe voegen.


Zonde, stilte kan zo mooi zijn.