zaterdag 29 januari 2011

Offline?

Ik zit in een vliegtuig.
Bijna negen uur. En terwijl ik daar zit realiseer ik me dat ik ben afgesloten van de digitale wereld. Ik ben op dit moment niet bereikbaar. En ik geloof dat een normaal mens zich daar niets bij kan voorstellen, maar ik voel me ongemakkelijk. Het nadeel van 'the digital age' is dat het niet heel erg ingewikkeld is om 24 uur per dag bereikbaar te zijn. Daarom is 24 uur per dag online en bereikbaar zijn eigenlijk niet eens een vraag, maar een gegeven.

Het is al weer een redelijk aantal jaren geleden dat iemand tegen me zei dat je pas echt belangrijk bent als je het je kunt permiteren niet bereikbaar te zijn. Dat geeft te denken. Kan ik me dit dan wel permitteren? Want belangrijk ben ik zeker niet.
En het gekke wil dat ik me er ook ongemakkelijk bij voel. Er gebeurt van alles in de wereld waar ik nu geen weet van heb, gaat het nog goed met mijn honden, mijn huis, mijn land, de wereld?
Onthecht, is dat het juiste woord? Ver boven de wolken, en als we weer onder de wolken komen is de wereld ineens anders?
Ach, ik heb de (papieren) Volkskrant bij me, dus helemaal verstoken ben ik niet.
Ik werd er onlangs op gewezen dat ik misschien wel veel apparaten in huis heb waar ik mijn. Mail op kan lezen. Het aantal waar we op kwamen is me even ontschoten, maar veel was het wel.

Zo'n digitale onthechting biedt ook een kans. Een kans om eens een mooi boek te lezen, je zonden te overdenken. Nieuwe mensen te ontmoeten, nieuwe ontdekkingen te doen, een vrijheid te herwinnen.

Mensen. Het mooiste wat deze wereld te bieden heeft. Hoe sta ik in deze wereld, hoe staat mijn medemens in deze wereld.
Ik heb vandaag al veel leuke, fijne, mooie nieuwe mensen leren kennen. Wat kunnen mensen toch mooi zijn, en wat is het mooi om leuke nieuwe mensen te ontdekken. Zo wil het toeval dat je je in een vliegtuig bevindt van hot naar her, de halve wereld over. En dat je tussen de 200 mensen in zo'n luchtbus toevallig komt te zitten naast een medebewoner van mijn eigen quartier latin. Je hebt 6300 kilometer te overbruggen gaat het halve land door om aan die reis te beginnen en je belandt naast iemand die 500 meter van je vandaan woont. Het leven kent haar mysterieuze wegen...

Toeval bestaat niet zouden de gelovigen onder ons zeggen, edoch, het bewijs... Toeval.

Dat zet mij - Alfredo - aan het denken. Ik ben er van overtuigd dat ieder mens iets goeds in zich heeft, dat ieder mens een bloemetje in de knop is die - met de juiste verzorging - tot wasdom kan komen als een mooie volwassen bloem. Ik ken eigenlijk alleen maar mooie bloemetjes en bloemen.
Geluk moet je delen.
Geluk is geen exclusief recht, geluk is een universeel gevoel, dat alleen maar sterker kan worden als dat geluk gedeeld kan worden. Ik weet zeker dat mijn dakloze vrienden het hier mee eens zijn.
Ieder menselijk verhaal ontroert mij, eerlijkheid van mensen ontroert me. Ik houd van eerlijke mensen, mensen die het aandurven om eerlijk te zijn, want dat is echt niet altijd gemakkelijk. Mensen dromen, dromen over betere tijden, gemiste kansen, gekregen kansen, gecreëerde kansen. Ik droom graag, over kunst, liefde, muziek, een wandeling door het park, een zonnig terrasje, een mooie uitvoering.
Gunnen wij onszelf de kans en de tijd om te dromen? Gunnen we onszelf de vrijheid om te dromen? Om los te komen van de werkelijkheid en te streven naar een ideaal, een nieuw doel te formuleren? Nieuwe kansen te creëeren, onszelf en anderen nieuw geluk te gunnen?

Mijn tip.
Zet eens alles in huis uit wat u verbindt met de wereld, zet een mooie cd op. Zoek een plekje waar de zon u verwarmt, doe u ogen dicht en droom.

De wereld wordt zoveel mooier.

zaterdag 15 januari 2011

Opa & Oma

Mijn opa en oma

Het is al weer een tijd geleden dat mijn oma overleed. Een hoofdstuk van mijn leven werd afgesloten. Een hoofdstuk van het leven van vele familieleden werd afgesloten. Mijn oma zag dat anders. Al een paar jaren riep ze dat ze graag weer naar ‘hem’ wilde. En wie ze met ‘hem’ bedoelde was volstrekt helder. Dat was haar acht jaar gelden overleden man, mijn opa. Bijna 70 jaar zijn ze bij elkaar geweest. Ze zijn voor mij het toonbeeld van liefde. Liefde zoals die in mijn ogen bedoeld is. In voor en tegenspoed kies je voor elkaar.

Ik heb ze zo’n dertig jaar samen gekend en heb daarna vaak met mijn oma gesproken over liefde, genegenheid en haar visie op de wereld. Ze liet geen misverstand bestaan over haar visie op de wereld. “Je moet elkaar geen pijn doen” en als kleinzoon heb ik mijn opa nooit gekend als sikkeneur. Hij was altijd vrolijk, met hem was altijd plezier te beleven. Toen mijn opa overleed realiseerde ik me dat ik hem nooit als werkende heb gekend. Hij had het zijn van opa tot beroep verheven, althans dat was – en is – mijn blik op zijn carrière. Hij wás er, met heel zijn wezen. Hij was.


Ze hadden beiden een hele positieve kijk op de wereld. Een positieve kijk die ik nog steeds bewonder, en waarvan ik hoop iets in mijzelf te hebben geïncorporeerd. Die positieve kijk op de wereld hadden ze zelf ook verheven tot hun levensmotto, en dat is mooi. En ja, tegenslagen hebben ze ook gekend. Nee dat moet ik anders zeggen, ze hebben ongelofelijk veel tegenslagen gekend.

En toch, iedere keer weer als ze geconfronteerd werden met leed waren ze oprecht verbaasd. Ze keken naar de wereld met een naïeve onschuld die ik nog steeds koester. Een wereldbeeld waarbij het iedere keer weer tot verbazing leidt als er iets gebeurd dat ze niet verwachten. Ik zou willen dat wij – zelfbenoemde wereldburgers – iets van die onschuld die zij hadden zouden kunnen krijgen en kunnen houden.  Oorlog, scheidingen, overstromingen, wereldleed maar ook klein leed als een overleden huisdier deed ze pijn. En met hun onbegrip hoe dit toch kan gebeuren waren ze niet alleen de onschuld zelve maar zeker ook wilden ze dat iedereen om hen heen het beter had dan ze zelf hadden gehad.

Ik heb nu regelmatig het idee dat een hedendaagse bewoner van Nederland niet de overlevingskracht heeft die zij hebben gehad. Ze hielden van elkaar, en met die liefde konden ze de wereld aan. Nooit heb ik ze betrapt op hedendaagse wensen van 3 vakanties per jaar, 3D tv’s en andere wereldse onnodigheden. Nee, wat ze nodig hadden in het leven was veel basaler. Ik ken niemand die betere verse soep kan maken dan mijn oma. Ik probeer het regelmatig, maar dat niveau evenaar ik nooit. Ze hadden hun eigen groentetuin, want er gaat niets boven eigen. Als student kwam ik vaak bij ze op bezoek, en iedere keer ging ik weer met een plastic zakje met groenten in de bus terug, sla, rabarber, bloemkool, vers gesneden peultjes. Ze wilden dat hun groente tuin er voor zou zorgen dat ook ik gezond bleef. En gelukkig is die groentetuin er nog steeds.

Ze wilden dat ze het goed hadden, en ze hadden het goed met vrienden en familie. Op zondag kwam de familie en dan keken we schaatsen deden we kaartspelen en kregen de kleinkinderen oranje plastic bakjes met chips. En als het echt gezellig werd mochten we van oma’s geld frietjes halen.

Ze hadden liefde.
Ze hadden liefde, voor elkaar voor hun kinderen en kleinkinderen en voor hun hele omgeving. Ze konden zich niets voorstellen bij haat, nijd en andere pijn die mensen elkaar aan konden doen. Toch hadden ze beter moeten weten, ze zijn samen gekomen vlak voor de 2e wereldoorlog, hebben kinderen gekregen in de oorlog en hebben zelf veel leed gekend.

Ze hadden een zo positieve kijk op de wereld dat iedere keer dat het anders blijkt te zijn het weer pijn doet. En in de maatschappij van het heden zie ik steeds meer mensen met een dusdanig negatieve kijk op de wereld dat het alleen maar meevalt als er een dag geen leed is. Het hebben van een negatieve blik op de wereld is in die zin ook een soort van zelfbescherming, en dat is jammer. Nee, dat is heel jammer. Wat zou het fijn zijn als we allemaal iets van die naïviteit van mijn opa en oma zouden hebben. Als dat zou lukken zouden we het met z’n allen een stuk prettiger hebben.

Ik zou willen dat ze er nog waren, dan zouden we iets van ze kunnen leren. Maar ze hebben hun bijdrage geleverd. Ze hebben kinderen opgevoed. Ze hebben kleinkinderen laten zien hoe het moet.

En nu zijn wij aan de beurt.



donderdag 13 januari 2011

De definitie van geluk

Ik heb onlangs een concept blog gemaakt waarin ik het thema geluk probeerde te definiëren.
Ik ben er mee gestopt. Geluk is niet te definiëren. Ruben, als enige overlevende van een vliegramp zal geluk heel anders definiëren, dan de dochter van Richard Howard Hilton zal daar dan een hele andere mening over hebben.
Ik vraag mezelf dan ook of het niet zo is dat je je gaat verdiepen in wat geluk is als je er juist een gebrek aan hebt. Het is een wat trieste blik op het leven van ondergetekende, maar die vraag schoot mij te binnen.

Ik geloof niet, lieve lezer, dat uw auteur een gebrek heeft aan (bijna) alles wat hem gelukkig kan maken.
Ok, hij woont niet in een mooie castello met zijn geliefde Violetta in het platteland van Toscane, maar ook in het kille Holland is genoeg te beleven om het geluks streven te stimuleren en te voeden.
Sterker nog in een mooi leven is het goed toeven. Zeker als de goden u gunstig gezind zijn, en als u zich kunt wentelen in voldoende aandacht en liefde van uw vrienden.

Maar toch roept het simpele feit dat de vraag bestaat ook de vraag op waar de vraag vandaan komt.
Een vriend van me vertelde me vandaag enigszins gniffelend dat hij ernstig ziek is. Zijn boodschap was dat hij ernstig ziek was, maar dat hij zich er verder niet druk om wilde maken. Ik - Alfredo - bewonder die houding. Sterker nog, het roept bij mij de vraag op of ik in dezelfde situatie hetzelfde zou reageren. En het vreemde is dat ik denk dat dat inderdaad het geval is. En wellicht daarom beschouw ik hem als een goede vriend, zo niet zeer goede vriend.

En toch, wat maakt het dat in het menselijk leven de zoektocht naar geluk zo belangrijk wordt gevonden?
Wat maakt dat het hebben van geluk zo belangrijk wordt gevonden?
Hoe kan het dat de volgers van Job Cohen er een geluks definitie op na houden dan de volgers van Geert Wilders?
Is het dan zo dat de definitie van geluk geen alomtegenwoordig begrip is?
Is geluk niet voor iedereen het zelfde?
Hoe kan ik dan, als simpele baron in het 18e eeuwse Italië dat ondefinieerbare geluk na streven?
Hoe kan ik iets nastreven wat ik niet kan definiëren?
Ik kan en wil u niet opschepen met platitudes als : "zo voel ik dat" of "het voelt gewoon goed" want dat soort SBS6 uitspraken zijn u en mij niet waardig.

En het is mooi, want ook in deze week heb ik een ontzettend mooi mens leren kennen, die haar hart op de goede plaats heeft, maar bij wie zeker ook begrippen als eer en toewijding een belangrijke rol spelen.
Ik - Alfredo - heb me in het verleden, maar zeker ook in het heden veel de vraag gesteld wat eerbaarheid, toewijding en wat zelfs liefde en een begrip als 'houden van' eigenlijk betekent.
En eerlijkheid gebied mij te zeggen dat ik de betekenis van die alomtegenwoordige begrippen niet meer helemaal kan plaatsen. Tot ik mijn deze week realiseerde hoe bijzonder mijn vriendin is, en hoezeer ik dat waardeer.



zondag 9 januari 2011

La Fanciulla

Gisteren zag ik Puccini’s ‘La Fanciulla del West’ live vanuit The Metropolitan in New York. Ik was met vrienden naar de bioscoop Cinemec in Ede gegaan om aldaar het evenement live te volgen.
Ik heb al eens eerder zo’n opera live in een bioscoop gezien, een mooie ervaring. Helaas gebruikt men niet echt een goede geluidsinstallatie, waardoor de geluidskwaliteit het niet haalt bij mijn bioscoop systeem thuis, en al helemaal niet bij een live ervaring.
Puccini maakt mooie herkenbare opera’s La Fanciulla del West is een bijzondere in zijn reeks. Puccini houdt er van om zijn opera’s te situeren in reële situaties, zo is La Fanciulla in een 19 eeuws goudzoekers dorpje gesitueerd. In het dorp leven alleen mannen en 1 vrouw, de plaatselijke kroeg eigenaar. Liefde heeft ze nog nooit gekend, terwijl de goudzoekers haar aanbidden. Schaarsheid maakt bemind schat ik in. Deborah Voight straalt tussen alle mannen en met haar stem en haar postuur komt ze toch over als een stoere vrouw die zich staande moet houden in deze mannengemeenschap. Eerder al eens heb ik wat geschreven over vrouwen in de opera. De stelling was dat vrouwen in opera’s vaak de leiding hebben, maar daarentegen fysiek de zwakkere zijn. Puccini’s La Fanciulla del West (vrij vertaald Het meisje van het Wilde Westen) bewijst dat de uitzondering de regel bevestigd. Het is evident dat Minnie in deze opera de leidersrol vervult. Met haar vrouwelijkheid, maar ook met haar gehaaidheid draait ze alle mannen uit het dorpje om haar vingers, zelfs de plaatselijke sherrif – mateloos verliefd op Minnie – is een van haar discipelen.
En zoals het in een mooie western hoort komt er op een gegeven moment een echte bandiet in beeld, Dick Johnson, een charmeur van de eerste klasse. Minnie valt als een blok voor hem en voor zijn charmes. En omdat ze de informele leidster van het dorp is lukt het haar om haar bandiet van de dood te redden. Ze overleeft de opera, haar bandiet ook. Maar ze moet helaas wel het dorp verlaten.
Dus hoewel Minnie haar en zijn leven redt is ze toch een beetje verliezer, haar geliefde dorp en haar kroeg dient ze achter te laten om het geluk te zoeken.
En daar raakt Puccini een mooi menselijk thema; “you can’t win them all”. Het geluk nastreven is een belangrijke menselijke eigenschap. Geen geluk zonder offers is de consequentie daarvan, en onbeperkt geluk bestaat niet. In een latere blog ga ik nog eens dieper in op het thema geluk, waarover in mijn ogen veel en tegelijkertijd ook weer niets gezegd kan worden.
Vanmiddag was op radio4 het wekelijkse verzoekprogramma van Miranda van Kralingen. Het valt mij op dat veel verzoeken worden ingediend door alleenstaande mensen, en er met hun verzoeknummers een groet wordt gebracht aan allen die zich op dit moment alleen voelen. Is het zo dat muziek een troostende remedie is voor een gevoel van alleen zijn? En dat elkaar muziek toesturen een gevoel van samen zijn creëert? Bij mijn wandeling met de honden had ik een lentegevoel Shubert's Serenade kwam in mijn hoofd voorbij. En zo is er weer een stukje muziek gedeeld om mensen te binden.

zaterdag 1 januari 2011

Er is een nieuw jaar begonnen

Er is een nieuw jaar begonnen
Een jaar afgesloten

De apotheose is voorbij, een nieuw begin ontstaan
een nieuw begin biedt kansen voor inspiratie, ontdekkingen en verwondering
een nieuw begin biedt kansen, uitdagingen en teleurstellingen
een nieuw begin is ook een einde
maar een nieuw begin is geen moment om terug te kijken
het is een moment om vooruit te kijken


De weg is ongeplaveid
de weg is niet aangelegd
de route ongewis
het resultaat ongewis
het doel is evident
we zoeken naar geluk


Geluk vind je tussen je oren, met je hart, in je onderbuik
vlinders bieden kansen en uitdagingen
spanning is goed, ontspanning is beter

Je doet je ogen dicht en je bent gelukkig
je droomt jezelf in een veld in Chateauneuf du Pape of op het Italiaanse platteland
je bent in de zon op een terras in Florence of in Le Jardin du Luxembourg
waar je ook bent, je zoekt geluk en je vindt geluk
het is gelukt.


Je doet je ogen dicht en hoort muziek
de romantiek van muziek, een mozart serenade
een viool concert van Vivaldi
het liefdes duet van Tristan und Isolde
de sereniteit van de cello sonates van Bach
Je doet je ogen dicht en hoort muziek, je voelt muziek


Het jaar is begonnen
een nieuw begin is begonnen
de weg ligt open en is ongewis


Heerlijk.


.