vrijdag 12 oktober 2012

Inspiratie

Het heeft even geduurd voor ik mijn inspiratie weer vond, maar ik heb de afgelopen week zo’n ongelofelijk inspirerende week gehad.

Ik had achtereenvolgens een college van Andreas Scholl, een wandeling door het nieuwe Stedelijk, en daarna mocht ik van mijn tien jarige vriendin mee naar een uitvoering van Ringetje door De Nederlandse Opera.

Het College van Andreas Scholl ingeleid door de directeur van het Nexus instituut, Rob Riemen. Hij begon met een anekdote over zijn idee bij de huidige kabinetsformatie. Hoe zou de Nederlandse publieke opinie reageren als blijkt dat de heren Samson en Rutte al flink wat tijd hebben besteed aan het bespreken van de schoonheid van de werken van Bach. Het antwoord kunnen we waarschijnlijk helaas voorspellen. Dat was ook wel af te meten aan het aantal mensen dat het land lam heeft gelegd om de bezuinigingen op kunst en cultuur van het vorige kabinet tegen te houden. (niet meer dan een hand vol). Terwijl de onderlinge sfeer van de onderhandelaars en de verbinding die ze beiden ervaren er wel degelijk door gesterkt kan worden, het uiteindelijke regeerakkoord zal er waarschijnlijk er een stuk beter door worden.

Andreas Scholl gaf een college over ‘The truth and beauty in music’. Zijn mooiste uitspraak van die dag was wat mij betreft:

‘Ik heb het gevoel dat als je naar de aarde kijkt vanuit de ruimte, dat iedere keer als er iemand naar een concert gaat er een beetje positieve energie oplicht. En vanwege alle concerten op de aarde wordt de aarde dan fel verlicht. Zo houden we de positieve geest op aarde een beetje in stand.’

In zijn beleving werkt klassieke muziek als een reiniging voor de geest. Een positieve invloed in een ieders levenssfeer. Een goed klassiek concert is als een interne reiniging van de geest.  En iedere muziek noot draagt bij aan het beter worden van de wereld.

Daarmee bevestigt Scholl mijn wereldbeeld. Muziek en kunst vervult mij met een geluksgevoel, een gevoel dat de wereld een betere plaats is. Een wereld waarin er mooie klanken klinken, waarin er gevoel en emotie met elkaar gedeeld kunnen worden. Een wereld waarin je je ogen dicht kunt doen, je jezelf veilig kunt voelen, en waar je oren het instrument zijn om een wereld te scheppen die je verheft boven het menselijke. Een wereld waarin je zweeft en gelukkig bent, waarin zorgen verdwijnen en een geluksgevoel je bedwelmt.



Na dit college ben ik snel doorgegaan naar het nieuwe Stedelijk. Ik zag daar een kind op de schouders van zijn vader. Zijn ogen spraken boekdelen, ze stonden wijd open, en spraken oprechte  verwondering uit. De wandeling door het museum deed zijn ogen open gaan en als een sponsje zag je hem de culturele verwondering opzuigen.



Het is wetenschappelijk bewezen dat het luisteren naar muziek en het maken van muziek het brein van kinderen doet groeien. Juist daarom is het zo ongelofelijk belangrijk dat kinderen vanaf een zo jong mogelijke leeftijd in aanraking laten komen met muziek, kunst en andere vormen waarin we onszelf kunnen spiegelen aan een andere werkelijkheid.

'Music, once admitted to the soul, becomes a sort of spirit, and never dies.'(Edward Bulwer Lytton)

Een dag later mocht ik naar de uitvoering van Ringetje van De Nederlandse Opera.

Een zaal vol met kinderen, ouders en andere aanwezigen zoals ik genoten van Wagners’ Ring des Nibelungen, een ingewikkeld verhaal verpakt in een theaterstuk voor kinderen. Ik was erg geraakt door de uitvoering. En misschien niet eens door de uitvoering, want die was muzikaal niet veel meer dan een ‘the best of…’ van Wagners’ leitmotiven. Maar de totale ambiance. Kinderen die naar Siegfried roepen dat hij moet opletten voor Mime, en dat hij de rode drank van Gutrune niet moet drinken. Heerlijk.

Wij mogen dat niet als we in de zaal zitten, wij moeten vijf uur stil zijn en mogen pas klappen als de dirigent daar toestemming voor geeft.

Wat zou ik graag dat kind willen zijn, en alles willen opzuigen wat ik tegenkom. Als ik naar een museum ga of naar een concert ga kan ik me in de schoenen van dat kind plaatsen. Al mijn zintuigen plaatsen mij midden in de kunst, of midden in het concert. Zo af en toe wordt ik zo geraakt dat ik een traantje mag weg pinken. En als ik dan zo’n kind zie genieten ben ik zo blij dat er nog toekomst is, dat inspiratie uiteindelijk altijd overleeft.

Inspiratie is zo ongelofelijk belangrijk.  

 

maandag 26 maart 2012

Peer Gynt

Een heldere sterrenhemel, ik dans.
Ik hoor ganzen, eenden, stilte. Een kleine sikkel van de maan tovert een schilderachtig landschap. Ik sta stil en luister. Het is laat, en donker. De sterren zijn zo helder dat je ze kunt tellen. Links en rechts van me twee plassen water. De schittering van de sterren en de maan geeft het moment magie. De stilte wordt gevuld. Ik hoor gefluister, ik voel muziek.

Ik denk aan de muziek van Peer Gynt. Ooit zal ik terugkeren naar de Peer Gynt Vegen in Noorwegen om te genieten van de imponerende natuur en de muziek van Edvard Grieg.
Met de muziek in mijn hoofd dans ik onder de sterrenhemel, het moment duurt eeuwig, de stilte van de sterrenhemel daalt neer  en verzacht de nacht.

Solveigs lied klinkt, een glimlach straalt.

---------------------------------------------------

In 1867 Schreef Henrik Ibsen het verhaal van Peer Gynt, Edvard Grieg maakte er de magistrale muziek bij, nu het best bekend als de Peer Gynt Suites. Een van de mooiste verhalende muziekstukken die ik ken zijn de Peer Gynt suites.

Peer was een jongeman die van fantaseren zijn leven had gemaakt. Hij voelde zich de koning te rijk, en leefde zijn eigen leven. Toen zijn moeder hem vertelde dat ze zichzelf dood wenste om uit haar armoedige bestaan te vluchten was hij zo ontdaan dat hij tegen haar riep ‘Maar ik wordt keizer, dat beloof ik je’.

Op de bruiloft van het meisje Ingrid dat hij volgens zijn moeder had moeten trouwen (de bruiloft was van haar met een ander) ontmoet Peer de predikantendochter Solveig. Solveigs moeder zorgt er voor dat Peer en Solveig elkaar niet kunnen aanraken, maar Solveigs hart is sneller gaan kloppen. Peer wordt verbannen uit het dorp nadat hij toch nog een passionele nacht met Ingrid heeft gehad en trekt de bergen in, op zoek naar zijn droom. Solveig vergeet Peer niet, maar Peer is te druk om zijn eigen fantasie na te jagen.

Vele jaren later als Peer 60 is en een rijk zakenman is geworden is hij nog steeds alleen. Hij leidt schipbreuk en spoelt aan op het strand, de dood staat klaar om hem mee te nemen, hij is volgens de dood klaar met leven en heeft verder geen nut meer. Toch overtuigt Peer om hem nog achter te laten, zodat hij kan bewijzen dat hij wel wat waard is.

Peer vindt een ui en hij besluit dat hij die ui is. Om zijn eigen kern te vinden pelt hij de laagjes van de ui. Maar terwijl hij de ui pelt komt hij er meer en meer achter dat de uit geen kern heeft. Dan hoort hij Solveig zingen, die nog steeds op hem wacht, Peer besluit deze keer – in tegenstelling tot alle andere keren – recht op zijn doel af te gaan en valt Solveig in haar armen. Solveig is tenslotte de enige die Peer’s ware kern kent. De dood verliest, Solveig wint.

woensdag 22 februari 2012

Solo

De sterrennacht in Portico di Romagna lijkt schier oneindig. Terwijl ik in het donker wandel door de sneeuw sta ik regelmatig stil, genietend van de stilte, van de serene rust. Zelfs de straatverlichting is tot rust gekomen. Het leven kwam hier tot stilstand. En de sereniteit blijft hangen.

Zo mooi om stil te staan, de mijmeringen zwerven over het landschap. Een beekje stroomt beneden, een hondje snuffelt aan een hoopje sneeuw. Zou ze hopen dat er iets uit het hoopje springt? Of is het de geur van de rust die haar betovert.

Uren, uren kan ik hier vertoeven.

Ik doe mijn ogen dicht, ik hoor Philip Glass op de achtergrond. Het geluid van het stromende beekje wordt gevuld met violen, de violen kabbelen voort alsof ze samen willen laten horen wat het beekje voelt.


Violen. De sereniteit van een solo viool. Zo zeldzaam, want vaak vergezeld van een orkest. Maar een solo viool, zoals in de magistrale film ‘The red violin’ dromen worden vervuld. De fragiele viool vechtend tegen het monster van massaliteit. Vandaag voel ik me een viool. Geen tweede viool, maar een solo viool. Zelden krijg ik als viool de kans om alleen mijn geluid te laten horen, ik moet rennen om de rest van me af te schudden. Zonder mijn geluidsbehang wil men mij niet horen, terwijl ik strijd voor mijn eenzame recht om gehoord te worden. Die viool, die ben ik, zo voel ik, zo leef ik.

Een eenzaamheid die voortkomt uit het groepsgevoel, een groepsgevoel waarbij de groep overheerst en het individu roemloos lijkt uit te sterven. Een individu, met een schoonheid die niemand te zien of te horen krijgt omdat de groep overstemd, maar een schoonheid die gewoon zichzelf wil zijn.

De muziek van Philip Glass wil vaak zo zijn, dat het individu het geheel overstijgt. Simeon ten Holt met zijn magistrale meesterwerk Canto Ostinato is misschien zelfs de perfecte vorm van abstinatie van het verlangen om te excelleren. Juist de sereniteit van herhaling, van repeteren, en subtiele variaties maken duidelijk waar het in het leven echt om gaat. Voortgaan, en excelleren in het zijn. Het Zijn perfectioneren en voelen hoe het is om te geloven in dat wat komen gaat.


Ik open mijn ogen, de sneeuw kraakt onder mijn voeten. Er is geen maan vanavond, alleen de sterren, die helder aan de hemel staan, geen wolkje te bekennen. En ik vraag me af.

Stel, we zouden daar allebei staan, jij en ik. Wat zou jij voelen, hoeveel sterren zou jij tellen? Hoe zou jij dit moment ervaren? Zou je de stilte de stilte laten, of de stilte willen vullen met geluid, geluid dat verzacht de pijn van eenzaamheid, of verhult te pijn van verlangen. Geluid dat – hoe dan ook – de ruimte vult met een andere dimensie van de stilte van dit moment. Of zou je, net zoals ik genieten van dit moment, de stilte laten wegsterven in de nacht. Een omhelzing in stilte laten gebeuren. Zo stil als mogelijk om het moment niet te vervuilen met onrust.



De stilte verstilt

De stilte sterft in de nacht

In de verte dreigt een onrustig gebrom de stilte te verdoezelen met …….

Ach, ik zwijg en sluit mijn ogen opnieuw om terug te gaan naar dat moment, dat moment dat de wereld om me heen me ruimte gaf voor mijn eigen echo.